Treksprinkhaan

Algemene beschrijving

Levenscyclus

Kweek

Toepassingen

Wetgeving

 

Algemene beschrijving  

De treksprinkhaan is een rechtvleugelig insect. Het is de meest verspreide sprinkhanensoort en behoort tot de familie van de veldsprinkhanen. Op basis van morfologie en voorkomen zijn er verschillende ondersoorten. De bekendste zijn de Afrikaanse treksprinkhaan (Locusta migratoria migratorioides) en de Europese treksprinkhaan (Locusta migratoria migratoria).

De treksprinkhaan kan twee fenotypes of fases vertonen: een solitaire en een gregaire fase. Bij lage populatie densiteit vertonen de sprinkhanen een solitair fenotype en leven ze verspreid, zijn ze cryptisch gekleurd en relatief inactief. Echter, wanneer de dichtheid van de populatie toeneemt kunnen deze dieren overgaan naar een gregaire fase waarin ze fel gekleurd zijn en aggregeren tot grote zwermen.

 

Foto van een solitaire (links) en gregaire (rechts) Locusta migratoria


Levenscyclus

De treksprinkhaan is een hemimetabool insect. Dit houdt in dat de larvale stadia, instars of nimfen genaamd, lijken op de adulten, maar geen functionele vleugels en geen volledig ontwikkelde voortplantingsorganen hebben. In een gregaire kweek bij een temperatuur van ±30°C en relatieve luchtvochtigheid van 40-60% duurt de levencyclus van L. migratoria ongeveer twee maanden. De nimfen komen uit het ei na ongeveer tien dagen. Tijdens hun ontwikkeling vervellen de nimfen vier keer, met telkens ongeveer een week tijd tussen elke vervelling. Bij de vijfde vervelling ontstaat er een adult, dat na een tweetal weken seksueel matuur is. Gregaire vrouwelijke adulten zijn zo’n tien cm lange en hebben een bruinachtige kleur, terwijl de mannetjes iets kleiner zijn en een geel gekleurd zijn.  




Figuur: de levencyclus van L. migratoria. 
Met de klok rond meevolgen: vijf instars, sexueel, immature adult, seksueel mature vrouwelijke en mannelijke adult.


Kweek

De treksprinkhaan wordt gekweekt in kooien of bakken bij een temperatuur van ±30°C en relatieve luchtvochtigheid van 40-60%, in een dag-nachtcyclus van 14h-10h. De L. migratoria is een specialist, en heeft een sterke voorkeur voor gras. Het insect moet dagelijks vers gras krijgen. Het gewicht aan gras moet ongeveer gelijk zijn aan het gewicht van de sprinkhanen. De sprinkhanen lusten ook havervlokken. Vrouwelijke sprinkhanen leggen hun eieren in een pot met daarin een vochtig mengsel van turf en zand (50-50). De eipotten worden geregeld vervangen en in een nieuwe kooi geplaatst om een zo homogeen mogelijke populatie te verkrijgen.

Bij de kweek van sprinkhanen is het mogelijk dat er allergieën gevormd worden voor allergenen aanwezig in de feces van de dieren. Zorg er daarom voor dat feces steeds verwijderd worden en dat de kweekruimte en kooien geregeld schoongemaakt worden. Bovendien is het aangeraden steeds aangepaste kledij, mondmasker en handschoenen te dragen.

Toepassingen

L. migratoria bevat veel vetten (ongeveer 30% droge stof) en proteïnen (60% droge stof). Bekijk het volledige overzicht van de nutritionele eigenschappen.

Sprinkhanen worden in Europa voornamelijk gebruikt als voeder voor reptielen. Steeds vaker wordt deze sprinkhaan gebruikt voor humane consumptie.

 

Wetgeving

Dierenvoeder (feed)

Sprinkhanen mogen gevoederd worden aan gezelschapsdieren en mogen levend gevoederd worden aan niet-herkauwers, hoeve- en gezelschapsdieren. Ze zijn niet opgenomen in de lijst van 7 soorten die toegestaan zijn in aquacultuur.

>> Meer informatie lees je in de Europese wetgeving en Vlaamse Wetgeving

Menselijke consumptie (food)

Voor de treksprinkhaan is er in België een Novel Food dossier ingediend. Hierdoor wordt het gedoogbeleid voor treksprinkhanen deels verlengd tot er een uitspraak is over het ingediende dossier. Het gedoogbeleid wordt enkel verdergezet voor toepassingen die opgenomen zijn in dit Novel Food dossier.

>> Meer informatie: