Jaarlijks wordt er in België ongeveer 450.000 ton witloof geproduceerd. Dit zorgt voor een grote reststroom: zo’n 36.000 ton geforceerde witloofwortels en 10.200 ton kuis- en oogstafval. Onderzoekers van de Nationale Proeftuin Witloof toonden aan dat die wortels het ideale menu zijn voor de meelworm. Witlooftelers kunnen perfect insecten kweken wanneer de vraag naar witloof beperkt is, bijvoorbeeld tijdens de zomermaanden. Zo leveren ze een bijdrage aan de circulaire economie, hun leegstaande klimaatcellen worden benut en het is bovendien ook financieel interessant.

Witloofresten zijn het ideale menu voor de meelworm

De verkoopprijs van witloof schommelt echter al jaren rond de kostprijs. Dit drukt op de rendabiliteit van de sector. Meelwormen kunnen een oplossing bieden.


Voeding en huisvesting
Witlooftelers beschikken over twee belangrijke factoren in de kweek van meelwormen: voeding (witloofwortels) en huisvesting (forceerinstallaties). Voor de productie van één kilo meelwormen, heb je ongeveer twee kilo tarwezemelen en drie kilo witloofwortels nodig. De gemiddelde verkoopprijs van zo’n kilo meelwormen schommelt rond de vijf euro.


Werkinstrumenten voor de opstart
Bij de Nationale Proeftuin Witloof  hebben ze gedurende twee jaar een pilootkweek geïnstalleerd in hun klimaatcellen. Zo konden ze de verschillende kosten en baten samen brengen in een haalbaarheidsstudie. Deze analyse resulteerde ook in een rekentool in Excel, waarmee de landbouwer zelf aan de slag kan om zijn bedrijfsspecifieke situatie in beeld te brengen. Telers die aan de slag willen gaan met de meeltor kunnen ook beroep doen op een draaiboek.


Is meelwormenkweek haalbaar?
De meeste insectenkwekers kopen jonge larven aan bij een leverancier en kweken deze op tot ze klaar zijn om te oogsten. Dat is praktisch en financieel gezien vaak haalbaarder dan een eigen reproductiedeel te houden. De aankoopprijs van zo’n startcultuur is momenteel relatief hoog. Maar als de insectenmarkt groeit, verwacht men wel dat die prijs zal dalen.


Ook voor andere landbouwers?
Inagro, Thomas More, KU Leuven, ILVO, Hogeschool Vives en de Nationale Proeftuin voor Witloof willen met het Introsect-project insectenkweek introduceren als landbouwactiviteit in de hele primaire sector. We verzamelen, screenen en selecteren landbouwers, die willen overgaan tot het kweken van insecten. De geselecteerde landbouwers worden dan intensief ondersteund. De projectpartners zullen hun opgedane ervaringen vertalen in een insectenbarometer. Dit is een tool die landbouwers met interesse in insectenkweek kan helpen beslissen of hun bedrijf in aanmerking komt voor deze nieuwe uitdaging.


Bron: Vilt

Gekoppelde thema's & sectoren: